De Amerikaanse dollar zit in de hoek waar harde klappen vallen. Ik doel dan niet alleen op de wisselkoers ervan maar ook op de vraagtekens die steeds vaker worden geplaatst bij de rol die de greenback speelt op het wereldtoneel als de facto wereldmunt.
En dat biedt de euro de mogelijkheid zichzelf meer in de schijnwerpers te zetten als een mogelijk (gedeeltelijk) alternatief voor de buck, aldus Christine Lagarde, president van de Europese Centrale Bank (ECB) onlangs. Op die manier zou de eurozone een stukje van de privileges van een wereldmunt naar zich toe kunnen trekken. Denk aan lagere rentestanden of bescherming tegen wisselkoersschommelingen.
Die status verkrijgen gaat niet vanzelf, beaamde de ECB-topvrouw, daar moet je iets voor doen. En gelijk heeft ze, niets komt je immers zomaar aanwaaien.
Wat moet je doen? Zorgen voor meer vrijhandelsverdragen, diepere kapitaalmarkten en een de facto politieke unie in de EU. Lagarde spreekt over het afschaffen van het vetorecht en over grootschalige uitgifte van gezamenlijke schulden - zogeheten eurobonds - wat vroeg of laat een EU Ministerie van Financiën zal vergen.
Bij dat laatste horen we duidelijk politica Lagarde en niet ECB-president Lagarde. En dat is een zeer kwalijke zaak. Sterker nog, dat is een stukje bewijs dat de euro er niet aan toe is de dollar uit te dagen. Daar komt bij dat het voortbestaan ervan niet zeker is op middellange termijn. Ja, de munt bestaat ruim 25 jaar. Maar voor een munt is dat een hele korte periode, een oogwenk, en zegt dus niets over levensvatbaarheid op termijn.
Een van de zaken die nogal belangrijk is, wil een munt de rol spelen die de euro blijkbaar wil spelen, is dat er een sterke en stabiele centrale bank achter zit. Dat leert de historie van de dollar ons heel duidelijk.
Een sterke en stabiele centrale bank boezemt vertrouwen in van het buitenland in haar eigen munt. Een sterke en stabiele centrale bank is een centrale bank die onafhankelijk van de politiek opereert, zich bezighoudt met monetair beleid en dat goed doet.
De ECB-president loopt ondertussen hand in hand met de voorzitter van de Europese Commissie. Dat schetst niet bepaald het beeld van een onafhankelijk opererende instelling, om het zacht uit te drukken. De ECB houdt zich bezig met van alles en nog wat buiten monetair beleid om. Klimaatbeleid, maar ook - zoals uit de genoemde toespraak van Lagarde bleek - over de politieke en institutionele inrichting van de Europese Unie. Ondertussen faalt de bank ook al enige tijd in haar monetaire doelstelling van prijsstabiliteit.
Het is niet voor niets dat elk jaar weer blijkt dat zelfs het eigen personeel minder en minder vertrouwen in de ECB heeft. Waarom de rest van de wereld dan juist méér vertrouwen in de Frankfurtse instelling zou moeten hebben, is mij een raadsel.
Dat Lagarde, een Française, pleit voor de euro als een uitdager voor de dollar, kan de economische historicus in mij niet los zien van de zeer oude Franse wens de VS op dat terrein te jennen. De rol van de dollar is Frankrijk al decennialang een doorn in het oog. Toen de Amerikaanse regering in 1971 de koppeling tussen de dollar en het goud verbrak om zo het wegvloeien van goud uit de VS te stoppen omdat vele buitenlandse regeringen hun dollars gingen inwisselen voor goud, mag u drie keer raden welk land ermee begonnen was!
Alleen al dit politiek-activistische optreden van de ECB is bewijs dat de euro er niet klaar voor is. Dit gedrag is precies wat de hoedster van een wereldmunt-wannabe níet moet vertonen. Maar ja, dat krijg je als je een beroepspolitica president van de centrale bank maakt.
Tot slot een anekdote die mijns inziens treffend laat zien dat de euro nog een lange weg te gaan heeft voordat die een uitdager kan worden voor de rol van de dollar in de wereld.
Onlangs las ik een boek waarin twee Bosniërs, mijn landgenoten, de Zijderoute afleggen op zoek naar sporen van Bosnische soldaten, diplomaten, politici en handelaren. Zo kwamen ze in Saoedi-Arabië bij een bezinepomp waar ze gingen tanken. Toen ze wilden betalen, bleek de bediende alleen de Saoedische riyal te accepteren en Amerikaanse dollars. Dollars hadden de twee niet voldoende, waarop ze de euro aanboden aan de bediende. Die dreigde daarop te gaan slaan en belde de politie! Hij was namelijk overtuigd dat dat nepgeld was, bankbiljetten van een valuta die niet bestaat. Pas toen de politie langskwam wilde hij geloven dat de eurobankbiljetten echt geld waren. Na een kwart eeuw bestaan ervan is blijkbaar nog steeds niet iedereen op de hoogte van het bestaan van de euro, laat staan dat er op grote schaal rotsvast vertrouwen erin bestaat buiten de eurozone.
Kan de euro de dollar uitdagen? Jazeker! Ergens vanaf 2050, mits de eurolanden vanaf nu verantwoord, vertrouwen-inboezemend beleid gaan voeren, dat vasthouden en de ECB het roer radicaal omdraait en zich als een échte centrale bank gaat gedragen. Ik ben er niet zeker van dat de kans daarop groter is dan de kans dat de euro 2050 niet haalt.
Edin Mujagić is econoom, beheerder van Beleggingsfonds Hoofbosch en auteur van het boek Keerpunt 1971. Hij schrijft iedere maand voor Investment Officer een ECB Watch over het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank.