Randy Pattiselanno, Dufas
Column
Opinie

Leidt nieuwe Mifid-regelgeving tot greenwashing claims?

Randy Pattiselanno, Dufas

Ben je een beleggingsadviseur of vermogensbeheerder? Dan moet je sinds deze week bij de intake van in elk geval nieuwe klanten vragen of hij of zij duurzaam wil beleggen. Of meer nauwkeuriger: je moet de duurzaamheidsvoorkeuren uitvragen en vastleggen. 

Dit is het gevolg van de inwerkingtreding van wijzigingen in de Mifid-regelgeving rond het ken-uw-cliënt-principe. 

Financiële instellingen vragen al vaker aan klanten die advies of individueel vermogensbeheer afnemen of zij duurzaam willen beleggen. Op zich niets nieuws. Wat wel nieuw is dat dit sinds 2 augustus een verplichting wordt en dat duurzaam beleggen moet voldoen aan bepaalde criteria zoals wordt voorgeschreven door Mifid. 

Duurzaamheid is vanaf deze datum ook in de gehele beleggingsdienstverlening gereguleerd. Zo kan een klant aangeven dat hij of zij (a) een deel van de portefeuille wil beleggen in beleggingsproducten die voldoen aan de Europese taxonomie en/of (b) een deel in duurzame beleggingen zoals gedefinieerd in de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR). En/of optie (c): een klant kan aangeven in hoeverre hij of zij het belangrijk vindt dat de instelling rekening houdt met de belangrijkste nadelige effecten van duurzaamheidsfactoren op de beleggingen, zogenaamde principal adverse impact. 

Financiële instellingen worstelen met de vraag hoe zij deze intake precies moeten uitvoeren door het gebrek aan producten. Of liever gezegd het gebrek aan data die invulling moeten geven aan de drie genoemde categorieën. Daarnaast missen financiële instellingen de definitieve ESMA-richtlijnen over het ken-uw-cliënt-principe en het productontwikkelingsproces, waar de duurzaamheidsvoorkeuren in zijn opgenomen. Belangrijke normen die erop zien hoe het beleggingsproces ingericht moet worden. Deze worden pas in het najaar respectievelijk begin volgend jaar verwacht. Allemaal onduidelijkheden. Maar toch moeten instellingen al starten met de uitvraag.

Grote uitdaging: uitleggen

Regelgeving die nog niet af is – daar kan de toezichthouder een beleggingsadviseur of vermogensbeheerder niet met goed fatsoen op aanspreken. De AFM staat vermoedelijk niet al volgende week op de stoep van instellingen om te kijken of de Mifid-uitvraag van de voorkeuren volledig en correct wordt gedaan. Tegenover de toezichthouder heb je een goed verhaal. Alleen werkt dit minder richting de belegger. Als beleggingsadviseur of vermogensbeheerder moet je uitleggen aan de klant wat er gaat veranderen en waarom je deze uitvraag van de voorkeuren doet. Zeker tegenover een retailklant is dat een hele uitdaging. Leg begrippen als de taxonomie en principal adverse impact maar eens begrijpelijk uit. 

Vervolgens moet je uitleggen dat bepaalde producten nog niet of onvoldoende voorhanden zijn. Denk daarbij aan beleggingen die voldoen aan de taxonomie. Daarnaast moet de instelling uitleggen - zeker aan een retailklant - waarom nu al wordt gevraagd of de klant volgens de taxonomie wil beleggen terwijl die producten nog niet beschikbaar zijn. Het antwoord zal vermoedelijk niet anders kunnen luiden dan dat het moet van de Europese wetgever. 

Tot slot moet de beleggingsadviseur of vermogensbeheerder in bepaalde gevallen een bestaande (retail)klant uitleggen dat sommige beleggingen in de bestaande portefeuille die eerst als duurzaam werden aangemerkt, daar met het nieuwe regime (mogelijk) niet meer onder vallen. Dat is ook een lastige boodschap. Een voorbeeld waaruit blijkt hoe uitdagend het is om dit allemaal uit te leggen aan een retailbelegger is de klantinformatie over duurzaamheidsvoorkeuren die Dufas samen met de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) heeft gemaakt.

Individuele greenwashing claims

Hoewel in de loop van tijd meer duidelijk gaat worden door onder andere informatieverstrekking van financiële instellingen onder de SFDR,  blijft uiteindelijk één van de voornaamste vragen vooralsnog onbeantwoord: hoe passen wij de Europese wettelijke definitie van een duurzame belegging toe op concrete beleggingen? Op dit moment geeft het (toekomstig) raamwerk daar geen pasklaar antwoord op en is het onduidelijk of een belegging in bijvoorbeeld Apple aangemerkt kan worden als een duurzame belegging zoals gedefinieerd door de Europese wetgever. 

Dat betekent dat adviseurs en vermogensbeheerders daarin de nodige beoordelingsvrijheid hebben. Hoewel het voorstelbaar en begrijpelijk is dat de toepassing van alle complexe Europese duurzaamheidsregels tot verschillende uitkomsten kunnen leiden, is dit niet uit te leggen aan een gemiddelde retailbelegger. Hier zit meteen dan ook juist het claimrisico. 

Kan je als belegger bij de rechter laten toetsen of je adviseur of vermogensbeheerder je al dan niet terecht een Apple-aandeel heeft verkocht als duurzame belegging? Zeker niet ondenkbaar. 2 augustus markeert misschien dan ook het begin van een nieuw risico; aangesproken worden op Mifid-greenwashing door de individuele belegger op basis van adviezen of het gevoerde beheer van de financiële instelling. Het is misschien niet de wetgever, maar een rechter die dan noodgedwongen een oordeel moet vellen over wat nu wel en wat niet kwalificeert als een duurzame belegging.

Randy Pattiselanno is Manager Strategy & Regulatory Affairs bij Dufas (Dutch Fund & Asset Management Association).